1. Begin niet te vroeg met zaaien in de moestuin
Zodra de zon schijnt, gaan we het liefst direct buiten aan de slag. Toch is het slim om niet te vroeg te beginnen met zaaien in de moestuin. Veel zaden kunnen immers niet tegen de lage temperaturen of/en korte dagen. Meestal kun je vanaf april buiten aan de slag, maar dit is ook afhankelijk van het weer en de behoeften van het zaad. Je kan je moestuintje ook binnen starten en later uitplanten in volle grond. De precieze behoeften van de zaden vind je op de verpakking van het zaad.
Heb je al in de moestuin gezaaid en wordt er toch nog (nacht)vorst voorspeld, dek de zaden dan af met een plastic halve fles (knip de bodem eruit), een glazen plantenstolp of - bij grotere percelen - vliesdoek.
2. Maak de grond schoon en los
Zaaien in de moestuin gaat het gemakkelijkst in een losse, schone grond. Maak de grond oppervlakkig los met een hark. Liggen er veel grote kluiten, maak deze dan fijn. Verwijder direct het onkruid dat je tegenkomt tijdens het harken. Wanneer de grond erg droog is, is het goed om deze een beetje vochtig te maken; doe dit met een gieter met fijne broes.
3. Maak een moestuinplan
Voor je begint met zaaien in de moestuin, is het handig om een plannetje te hebben. Houd hierin rekening met de grootte van de volwassen planten, welke planten het best naast elkaar kunnen staan, wanneer je de groenten kunt oogsten en op welke grond ze het goed doen. Eventueel kun je de grond voorafgaand aan het zaaien verbeteren met compost of mest.
Let op: bemest de grond niet direct voor het zaaien, dit kan ervoor zorgen dat de zaden verbranden. Het best is het om de grond voor te bereiden en te verbeteren tijdens de wintermaanden: januari, februari.
4. Zaai in rijen of een bed
Zaaien in de moestuin houd je overzichtelijk door te zaaien in rijen of afzonderlijke zaaibedden. Maak een geultje met de achterkant van je hark en leg hier de zaden in, houd de juiste zaaiafstand en zaaidiepte aan (zie verpakking van het zaad). Door de zaden in een rij te zaaien, kun je de kiemplantjes goed onderscheiden van het onkruid dat buiten de rij groeit.
5. Zet plantenlabels bij de zaden
Markeer de plek waar je de zaden in de grond stopt met een plantenlabel, zo weet je precies waar wat staat.
Creatieve tip: maak de plantenlabels zelf! Ook leuk om met kinderen te maken.
6. Zaden in de moestuin verzorgen
Na het zaaien in de geultjes, maak je de geultjes dicht en druk je de grond lichtjes aan. Geef de zaden voorzichtig water met een gieter met fijne broes; zo voorkom je dat de zaden wegspoelen. Let er de komende weken op dat de zaden voldoende vocht en licht krijgen en bij de juiste temperatuur kunnen ontkiemen.