GEBRUIKSAANWIJZING
Categorie van gebruikers: breed publiek
(niet-professionele gebruikers) en (NL) getrainde professioneel /
(BE) professionele gebruikers. Doelorganismen: Zwarte wegmier
(Lasius niger), Argentijnse mier (Linepithema humile) en Faraomier
(Monomorium pharaonis) in alle ontwikkelingsstadia.
Toepassingsmethode: Het product druppelsgewijs
langs mierenpaden, in scheuren en spleten/in naden en kieren of bij
nestingangen, op horizontale, niet-absorberende oppervlakken
aanbrengen. Toepassingsgebieden: Binnenshuis: in scheuren en
spleten gebruiken, langs de muren. Buitenshuis: in scheuren en
spleten, buiten rond gebouwen of in nestingangen. Dit biocide
alleen in scheuren en spleten of rechtstreeks op mierennesten
aanbrengen. Tegen bijen en weersinvloeden beschermen door
afdekking, bijvoorbeeld met een bloempot of een tegel (zodat de
mieren nog steeds bij het lokaas kunnen).
Spuit/ patroon gebruiksaanwijzing : verwijder
de dop van de punt van Imidalux Mierengel, druk de zuiger langzaam
vooruit waarbij u de punt op het te behandelen oppervlak plaatst en
het product druppelsgewijs aanbrengt, volgens de aangegeven
dosering. Doe de dop op de spuit na afloop van de
behandeling.Dosering en frequentie van de toepassing: 2 druppels
van 0,05 g (diameter 5 mm) per strekkende meter of per nestingang.
Maximaal 30 druppels van 0,05 g per nest (maximaal 1,5 g product).
Regelmatig controleren in hoeverre het product geconsumeerd is en
vervangen wanneer het product is verbruikt. Het product heeft een
werking tot 3 maanden na het aanbrengen. Elke 3 maanden opnieuw
aanbrengen of eerder als het aas is verslechterd of volledig is
verbruikt.
Activeringstijd: twee weken na het aanbrengen.
Het product niet toepassen op absorberende oppervlakken.
Lokaasdruppels niet blootstellen aan zonlicht of warmte
(bijvoorbeeld radiator). Lees voor gebruik altijd het etiket of de
gebruiksaanwijzing en volg de gebruiksinstructies op. Voorkom
continu gebruik van het product. Verwijder voor behandeling alle
natuurlijke voedselbronnen (afval, voedselresten, …) uit het te
behandelen gebied om consumptie van de gel te bespoedigen.
Frequentie waarmee het lokaas gecontroleerd moet worden: eenmaal
per week. Verwijder het resterende lokaas of de lokaasdozen na de
behandelingsperiode om ze vervolgens af te voeren. Neem contact op
met de registratiehouder als behandeling met het middel niet
effectief is. Voor niet-professionelen: Als de plaag voortduurt,
neem dan contact op met een professionele plaagdierbeheerser.